Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo zult gij haar [10]binnen in uw huis brengen; en zij zal haar hoofd scheren, en haar nagelen [11]besnijden. 10. Hebreeuws, in het midden van uw huis; gelijk onder, hfdst.22 vs.2. 11. Hebreeuws, maken; dat is, toemaken, bereiden. In dezen zin wordt het Hebreeuwse woord ook gevonden 2 Sam.19:24. Al deze ceremonien in vs.12 en vs.13 verhaald, als: scheren van het hoofd, besnijden, of reinigen der nagels, het afleggen der vorige heidense klederen, het bewenen van haar ouders, enz., waren een teken van de aflegging en verlating des vorigen heidensen afgodischen wezens, aanneming der ware religie en inlijving in Gods volk. Vergelijk Ps.45:11. Sommigen, die menen dat deze dingen dienden om den man van dit huwelijk afkerig te maken, zetten het over: nagels laten wassen.